Nederland krijgt nieuwe waterveiligheidsnormen voor de dijken, dammen en duinen. In de nieuwe benadering wordt niet alleen gekeken naar de kans op een overstroming, ook worden de gevolgen meegewogen. Vandaag is de Eerste Kamer met algemene stemmen akkoord gegaan met het voorstel van minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu.
Schultz geeft aan dat het een mooie mijlpaal is voor het waterveiligheidsbeleid.“Dit is een nieuw hoofdstuk in onze eeuwenlange relatie met het water. We zijn veilig maar kwetsbaar. Het werk is nooit af en we moeten dus blijven investeren. Met slimme wijzigingen in de inrichting van het land en investeringen in die plekken waar het risico het grootst is. Daarmee wapenen we ons tegen overstromingen.”
Iedereen in Nederland krijgt tenminste hetzelfde beschermingsniveau tegen overstromingen. De veiligheidsnormen die we hiervoor hanteren zijn tot stand gekomen door te kijken naar de risico’s: de kans op overstromen én de gevolgen van een overstroming. Daar bovenop wordt extra en gericht geïnvesteerd in gebieden met een risico op veel slachtoffers en grote economische schade. Vitale en kwetsbare infrastructuur, zoals nutsvoorzieningen en ziekenhuizen, krijgen extra aandacht.
De wetswijziging treedt per 1 januari 2017 in werking. Daarna kunnen de waterschappen en Rijkswaterstaat aan de slag om de dijken en duinen te versterken. Tot en met 2050 hebben ze daar de tijd voor. Dan is Nederland met de nieuwe normen beter beschermd tegen overstromingen. De nieuwe waterveiligheidsnormen zijn onderdeel van het nieuwe waterveiligheidsbeleid, voortkomend uit de Deltabeslissing Waterveiligheid.